info

Andreas Willem Tjaarda

18-02-1882 
Andreas Willem Tjaarda (18-02-1882 tot 05-06-1981) was de opdrachtgever voor de bouw van 'onze' Belvedère.  Andreas is geboren in Oranjewoud en zijn vader was de hotelhouder van 'Logement Heidewoud', het tegenwoordige Hotel Tjaarda.   

Andreas bezoekt de lagere Albertine Agnesschool in Oranjewoud, waarhij oa. in de klas zit bij Sytske de Haan, die later bekend is geworden als Cissy van Marxveldt.  Na de lagere school gaat Andreas o.a. naar de Rijks HBS in Sneek. Na zijn schooltijd helpt hij zijn vader in het hotel, maar hij komt al snel tot de conclusie dat hij eigenlijk te weinig van het vak van hotelhouder af weet. Hij besluit daarom in 1903 (Andreas is dan 21 jaar) het vak in de praktijk te gaan leren in bekende steden in grote hotels in o.a. Frankrijk, Italië, Portugal, Egypte en Duitsland. Pas in 1907 komt hij voorgoed weer thuis.

001 Andreas W Tjaarda kelner in Cairo 1905
Na zijn thuiskomst brengt hij zijn kennis in praktijk in het hotel van zijn vader. Samen maken ze plannen om het hotel te verbeteren en aantrekkelijker te maken. Zijn vader maakt de realisering van de plannen echter niet meer mee; die overlijdt in 1910. In dat jaar erft Andreas Tjaarda het 'Logement Heidewoud' van zijn oom. 

Om meer bekendheid aan het hotel te geven sluit Tjaarda een contract af met de ANWB. In dat contract wordt ondermeer vastgelegd hoeveel de kosten per nacht bedragen voor leden van de ANWB, maar ook voor leden van buitenlandse bonden. Hij doet er alles aan om het zijn gasten zo goed mogelijk naar de zin te maken. Niet alleen de gasten van het hotel, maar ook de dagjesmensen die de speeltuin, de uitkijktoren en de bossen bezoeken.

Dus niet alleen het hotel was belangrijk. Andreas Tjaarda had ook veel belangstelling voor ontwikkelingen op het gebied van toeristische attracties. Zijn ervaringen in het buitenland gebruikte hij voor het opzetten van attracties in Oranjewoud om meer publiek te trekken. Daartoe kocht hij in 1907 bijvoorbeeld het huidige Tjaarda's Bos. Hij richtte het bos in als wandelpark, maar bouwde daarin ook verschillende attracties, zoals een grot en de Belvedère.
Bij het hotel zelf wordt de al aanwezige speeltuin (1898) verder uitgebreid met bijvoorbeeld glijbanen, een touwbrug en een draaimolen. Later komen daar ook nog mechanische speeltuigen bij zoals een cakewalk, een waggelkamer en een kabelbaan. Rond 1932 is bovendien zijn doolhof van 8000 beukenhaagplantjes en een lachspiegelkabinet aan het eind, gereed.

In de oorlogsjaren is er het nodige vernield in de bossen van Oranjewoud en in de direkte omgeving van het hotel. Toch wordt Tjaarda en omgeving na de oorlog weer in grote getale bezocht, vooral ook door de opkomst van reisjes van ouden van dagen. De onderhoudstoestand van de speeltuin en de andere attracties van Tjaarda loopt echter steeds verder terug. Het gebruik is intensief en het noodzakelijke onderhoud wordt niet gedaan.

In 1957 (Andreas Tjaarda is dan 75 jaar) stopt Tjaarda als hotelier en wordt de exploitatie overgenomen door Oebele Jan Schreur. In 1969 wordt de heer Schreur ook eigenaar van Hotel Tjaarda en de speeltuin, maar ook van Tjaarda's Bos met daarin de Belvedère.